Hij is ruimer, luxueuzer en praktischer. Vrees niet, wat kicks per euro betreft, is Morgan’s nieuwe driewieler nog steeds een entertainer van formaat.

Tekst: Ton Roks // Foto’s: Luuk van Kaathoven

Van kisten met een propellermotor naar de straaljagers van de jet age. Van een stampvoetende en zeer daadkrachtige V2 naar een moderne en economische lijnmotor, van ouderwetse recht-door-zee techniek naar doordachte hardware in een gestroomlijnde verpakking. Dat is de stap die met de nieuwe driewieler is gezet, zegt de eerwaarde Morgan Motor Company in Malvern. Toch voel je jezelf in de Super 3 zeker geen straaljagerpiloot, maar nog altijd als een gevechtsvlieger in een eenmotorige Fokker D VII, zonder vleugels en machinegeweer. Precies zo als in zijn voorganger dus, de Three Wheeler. En dat is maar goed ook, want een Morgan mag nooit een glad gepolijste machine zijn, en dat is de Super 3 dan ook niet.
Hij is wel heel modern: hij heeft zelfs geen separaat chassis, zoals de Plus Four en Plus Six. Het is de allereerste Morgan met een monocoque – van geklonken en gelijmd aluminium overigens. Het is ook niet de eerste driewieler met een lijnmotor, in 1933 introduceerde Morgan er al een, de F-type, ook met een krachtbron van Ford.


Anders dan bij de Three Wheeler bevindt de motor zich bij de Super 3 niet vóór de vooras, maar er achter, wat het voordeel heeft dat alle gewichtige massa zich tussen beide assen bevindt. Het is de 1,4-liter driecilinder van de Fiesta, zonder turbo, met een vermogen van 118 pk en een maximum koppel van 150 Nm. Feitelijk is dat geen vooruitgang ten opzichte van zijn voorganger, diens dikke tweeliter V2 van S & S Cycle leverde weliswaar twee pk minder, maar stampte er met zijn lange slag bijna drie keer zo’n hoog koppel uit: maar liefst 445 Nm. Dat was genoeg om de Three Wheeler in 4,5 seconden van 0 naar 100 te laten sprinten en een top van 194 km/h te halen.


De Super 3 gaat weliswaar een paar strepen harder – de top is 210 volgens zijn scheppers – maar hij heeft zeven volle seconden nodig om de 100 km/h aan te tikken. Dat is nogal een verschil ten opzichte van zijn voorganger. Nu moet ik toegeven dat ik die 4,5 seconden indertijd niet met de chronometer heb gecontroleerd, dus ik weet niet of de Three Wheeler dat echt haalde. Overigens, de bredere en veel langere Super 3 is ook nog een kilo of 135 zwaarder dan zijn voorganger, maar vrees niet, hij komt uitstekend van zijn plek. En het is een geweldig apparaat.

Hij heeft fantastisch grote voorwielen, als die van een LSR strijdros (Land Speed Record), 20-inch groot, en omringd door speciaal ontwikkelde banden van Avon, Speedmaster MkIII genaamd. Achter, zo goed als onzichtbaar, draagt de Super 3 een veel bredere All Weather van Avon. Morgan heeft daarvoor gekozen omdat het achterwiel zich dikwijls op het vuilste en/of natste deel van het wegdek bevindt. Daar weet ik alles van, ik herinner me mijn allereerste rit in een Three Wheeler, een jaar of tien geleden, toen ik op de Pickersleigh Road in Malvern met de voorwielen behendig de uitwerpselen van een paard ontweek om onmiddellijk daarna te horen hoe ze de wielkast achter me in gekegeld werden.

‘Op spannende wegen zal het niet snel voorkomen dat je een sportauto van zwaarder kaliber in de weg rijdt’

Onverwacht fraai zijn de grote sideblades aan de flanken van de Super 3, deze maskeren de koelradiateurs van de Super 3, die aan beide zijden van de driecilinder zijn ondergebracht. Ze dragen bovendien bij aan de maximalisatie van de luchtstroom door de beide koelblokken. Morgan gebruikt de platen ook slim als bagagedragers – je kunt er tassen en koffers aanhangen. Wat dat betreft is de Super 3 veel handiger dan zijn voorganger. Ook achterin, boven het achterwiel, kun je zaken opbergen zoals ondermeer de tonneau-cover.


Als extra kun je voor de achtersteven een soort van scharnierend metalen skelet bestellen, waarop je van alles kunt vastbinden, als op een bagagedrager. Al met al kan Morgan’s nieuwe driewieler bijna net zoveel meenemen als een kameel op weg naar een bazaar in Marrakech.
Het vooraanzicht is niet zo verheugend aantrekkelijk als dat van de Three Wheeler, maar goed, je kunt door een rooster in de hoefijzergrille een glimp opvangen van de techniek, en je hebt vol zicht op de radiateurs, de dubbele driehoekige draagarmen en de trekstangen die de bovenste triangels met de voeten van de veer/demper combinaties verbinden. Een mooie constructie die het onafgeveerde gewicht laag houdt en de rijwind richting radiateurs zo min mogelijk in de weg zit.
De koplampen – allemaal met LED’s – kijken je vrijmoedig aan en de buitenste twee hebben een torentje op hun schedel, met daarin de stads- en knipperlichten. Amerikaanse versies dragen hun koplampen in het midden, want in de USA wordt de Super 3 als motorfiets bestempeld.

Achter de driepitter van Ford is de techniek hetzelfde als voorheen: een vijfbak van Mazda en een haakse vertanding van waaruit de trekkracht via een getande, met koolstofvezel versterkte riem naar het achterwiel wordt overgebracht.

Klauter in de Super 3 – enige behendigheid is vereist – en je zit meteen als gegoten. Je hand valt vanzelf op de pook van de vijfbak en je wordt door een vrij brede middenconsole van je passagier gescheiden zodat je niet hoeft te vrezen dat je hand per abuis of zijn of haar knie valt. De stoel is niet verstelbaar, maar de pedalen en het stuurwiel zijn dat wel. Er zijn USB-poorten aan boord en er is verwarming voor zowel de voetbakken als de stoelen. Er is warempel ook een soort van afsluitbaar dashboardkastje onder de passagiersstoel. Het interieur is waterdicht, ook het leer. Na een promotionele filmsessie van Morgan op het strand van Pendine Sands, konden de met zand en zout besmeurde Super 3’s met de tuinslang worden schoongespoten.


Het instrumentarium is simpel met twee grote klokken in het midden, een voor de snelheid en een voor het toerental, dat overigens verkort wordt aangegeven, 3300 toeren krijg je je zien als 3.3 – dat went snel overigens. De Super 3 heeft ook een – afneembare – bekerhouder en aan de binnenzijde van de flanken zijn Bungee Cords gemonteerd, waarachter je kaarten, petten, handschoenen of een tasje kunt wegstoppen.
Op de stuurkolom prijkt een klein rond scherm, schokproef en ook waterdicht, dat via een app de aanwijzingen van Google Maps op je telefoon kan laten zien, zodat je je ogen niet van de weg hoeft te halen – best slim. Motorrijders kennen dit systeem – met techniek van Beeline.
De contactsleutel is niks bijzonders, maar dat wordt goed gemaakt door dat stoere startknopje dat onder een (echte) Eurofighter bomb release verstopt zit. Je hoort niet onmiddellijk dat er een driecilinder voor je voeten ligt, niet zo goed als in de Fiesta althans, maar hij klinkt energiek, vooral met de sportuitlaat – die moet je zeker aanvinken op de bestellijst. De pedalen staan behoorlijk dicht bij elkaar, als in een Formule Ford, en de slagen zijn klein – waardoor je in het begin wat staccato rijdt. De driecilinder zakt traag in toeren – wellicht door de grootte van het vliegwiel – maar hij reageert desondanks snel op gasgeven. De vijfbak van Mazda laat zich schakelen als een mes door de (warme) boter en het is geen enkel bezwaar dat je wat meer met de pook in de weer moet zijn om het maximale uit de motor te halen.

‘Op de snelweg doe je er goed aan een integraalhelm te dragen, tenzij je vindt dat flapperende wangen je goed staan’

Aan belevenis kom je niks te kort. Die kleine raampjes doen weinig – je zit vol in de wind. Op de snelweg is een bril aanbevolen, want de tranen klotsen de eerste minuten je ogen uit, alsof je onder water rijdt. Als hoofdtooi is een strak zittende wollen muts aanbevolen, want een pet is niet tegen de rijwind bestand, zeker op de snelweg. De Super 3 rijdt gemakkelijk een hoog tempo, mechanische belemmeringen zijn er niet. Hij haalt zelfs 210 km/h, en als je dat wilt uitproberen, doe je er goed aan een integraalhelm te dragen, tenzij je vindt dat flapperende wangen je goed staan.

Reken er op dat de Super 3 enigszins zijwindgevoelig is en de besturing een tikje nerveus kan zijn. Dat is fijn overigens, mede daaraan heeft hij zijn wendbaarheid te danken, maar op de snelweg moet je op gevoeligheid voor sporen voorbereid zijn.
De haakse vertanding naar het achterwiel kun je goed horen bij lage snelheid, maar op 80 km/h wegen en snelwegen gaat dat ten onder in de rijwind en het plezante motorgeluid uit de sportpijp. De richtingaanwijzers hebben een merkwaardige bediening, om ze uit te zetten moet je de hefboom aan het stuurwiel nogmaals dezelfde richting induwen als je deed om ze in te schakelen. Dat gaat tegen je gewoonte in. Gelukkig maken ze een krachtig tik-tok geluid zodat er je meestal bijtijds op geattendeerd wordt dat ze nog steeds naar andere weggebruikers knipogen.

Ford’s driepitter trekt goed, zeker als je hem op toeren houdt. Het is geen supersportmachine, maar je kunt er veel tempo uithalen en zeker op spannende wegen zal het niet snel voorkomen dat je een sportauto van zwaarder kaliber in de weg rijdt.
In krappe bochten zit de linkerflank je arm in de weg, en dan doe je er goed aan je elleboog buiten boord te houden om meer bewegingsvrijheid te hebben. De Super 3 houdt ervan met enthousiasme en een vleugje branie bestuurd te worden, dan is hij in zijn element. De stabiliteit ligt op een veel hoger niveau dan je van een driewieler zou verwachten. In snel genomen bochten geeft de buitenste Avon Speedmaster als eerste met licht gekerm aan dat je een snelheid nadert die hij niet meer meester is.
Weet dat de Super 3 ouderwetse betrokkenheid verlangt bij de daad van het autorijden. Het is heerlijk om op zijn uitnodigingen in te gaan, je kiest met zorg de apexen en entreesnelheid en vanzelf buigt je torso mee de bochten in, als bij een motorrijder. Vergeet niet in de gaten te houden wat het achterwiel op zijn lijn tegenkomt als je met een stevige dosis gas de hoek uit accelereert. De brede Avon zal niet meteen wegstuiteren, er rust genoeg gewicht op, maar op een flinke hobbel midcorner kan hij zeker een stap opzij zetten. Kortom: bij de les blijven is een vereiste – en daarvoor krijg je veel rijplezier terug, het type rijplezier dat lijkt op een vriendschappelijk potje knokken tussen jou, de Super 3 en de weg. Zeer bevredigend, zolang je als winnaar uit de bus komt. Overigens ben je ook heel rap met de Super 3 als je bij zijn limieten uit de buurt blijft. Comfortabel is hij ook, afgezien van de rijwind. Je zit er goed in, beenruimte is er volop, en vering en demping bieden genoeg absorptievermogen voor lange ritten op niet biljartlaken gladde wegdekken.

Hij kost zo’n 70 mille, vooral door de te hoge BPM in ons land. Dat is veel meer dan een Mazda MX-5, en vergelijkbaar met een Toyota GR86 of Alpine A110. Dat zijn stuk voor stuk fijne sportauto’s, die uitstekend in staat zijn bij vrij normale snelheden veel interactie en beleving te bieden, maar geen daarvan doet dat in zo’n ouderwets onverdunde mate als deze Morgan.
Hoe hij zich tot zijn voorganger verhoudt? Eerlijk gezegd vind ik die mooier, hij is ranker en heeft de uitstraling van een Spitfire of Mustang (de vliegtuigen), en dat staat me meer aan dan de vrij massieve neus van de Super 3, die zelfs breder is dan die van een Fiesta. De Three Wheeler is ook specialer door die ploffende. ronkende en vibrerende V Twin op zijn neus, met dat onverzettelijke koppel.
De Super 3 biedt minder motorisch genoegen, maar heeft andere kwaliteiten. Hij is royaler qua ruimte, is een stuk praktischer en biedt veel luxe verworvenheden van het huidige tijdperk. Wat dat betreft heeft Morgan wel een punt met die stap naar de jet age. De hoeveelheid opties en accessoires die Malvern biedt is groter dan ooit – 200 items – en kopers hebben veel meer mogelijkheden hem naar eigen smaak te configureren. De Super 3 is een driewieler voor een moderner tijdperk en wellicht voor een jongere klantenkring. Wat kicks per euro betreft, is het nog steeds een entertainer van formaat – een krachtig brouwsel waarvan de receptuur in Malvern al langer dan een eeuw in goede handen is.
Geweldig dat een fabrikant zo’n auto durft te bouwen in een tijd dat overheden het genieten van autorijden met een alomvattende elektrische grauwsluier proberen te smoren. Blijf optimistisch, wie weet komt Morgan ook nog met een Super 3 Sport, met de 200 pk turbo driecilinder van de Fiesta ST.

MORGAN SUPER 3
Motor Ford 1432 cm3 driecilinder-in-lijn Vermogen 118 pk bij 6500 min-1 Koppel 150 Nm bij 4500 min-1 Transmissie achterwielaandrijving, vijftraps Mazda handbak Gewicht 635 kg (droog) Afmetingen LxBxH 3581 x 1850 x 1132 mm Acceleratie 0 – 100 km/h in 7,0 seconden Topsnelheid 209 km/h Prijs vanaf € 68.499 (NL)

× Wil je direct contact?