Op 7 augustus, de verjaardag van ontwerper Giorgetto Giugiaro, stapten we in een van zijn meesterwerken: de gitzwarte Lotus Esprit S3 uit 1985 van Jonathan Boersen.

In 1972 onthulde Italdesign op de autosalon van Turijn een wigvormig concept voor een sportwagen. Deze ‘Silver Car’ was gebaseerd op de Lotus Europa en werd enthousiast ontvangen. Mede daardoor besloot Colin Chapman het project met Italdesign door te zetten en het gevolg was dat in 1976 de Lotus Esprit in productie ging. Veel van de kenmerken van het concept zoals de scherpe en hoekige lijnen en de wigvorm zijn behouden gebleven. Deze Series 1, met een gewicht van minder dan 1000 kilogram beantwoordde aan Chapman’s mantra ‘add ligthness’.

Colin Chapman bij de Lotus Esprit

Jonathan Boersen uit Amersfoort is de trotse eigenaar van deze zwarte Esprit S3, een model dat in 1980 op de markt kwam, samen met de S3 Esprit Turbo. Boersen emigreerde minder dan een jaar geleden met zijn gezin vanuit Nieuw-Zeeland naar Nederland. Een doorslaggevende voorwaarde voor deze verhuizing was dat zijn Lotus mee zou verhuizen. Gelukkig is het een lage auto, de inboedel paste perfect boven de auto in de container en alles kwam in goede staat aan in de Nederlandse haven.

Jonathan is een architect en viel voor het scherpgesneden exterieur én de sportieve ‘lightness’ van de Lotus. Zijn eerste klassieker was een Aston Martin DB4, wat hij ook een geweldige auto vond, maar een combinatie van factoren was er oorzaak van dat hij deze vaarwel moest zeggen, daarna is het verlangen ontstaan naar een sportievere en lichtere sportwagen. Hij vond de Esprit in Noorwegen, kocht hem en liet hem naar zijn woonstede in Nieuw-Zeeland overkomen. De Noorse eigenaar had slechte ervaringen met buitenlandse kopers, maar na enig aandringen en acceptatie van de volledige vraagprijs, mocht Jonathan zich de vierde eigenaar noemen. Hij zegt: “Eigenlijk ben ik de derde eigenaar, want de auto is één keer van eigenaar gewisseld binnen een familie. Het is een geweldige auto, de laagste sportwagen die ik me kon voorstellen, en op de bochtige wegen van Nieuw-Zeeland kwam hij volledig tot zijn recht.”

De S3 heeft een 2,2-liter atmosferische viercilinder (type 912) die 160 pk levert. Het model is onder meer te herkennen aan de grotere geribbelde achterlichtunits van de Rover SD1. De aerodynamische aanpassingen, zoals de spoilers en skirts, zijn ook gedaan door Giugiaro. Volgens Jonathan zijn er veel meer exemplaren van de S3 Turbo geleverd dan de slechts 763 ‘non-turbos’. Hij demonstreert tijdens het rijden dat de S3 ook zonder turbo een snelle en wendbare auto is. De cijfers staven dat: met een geclaimde acceleratie vanuit stilstand naar 100 km/h in 6,6 seconden en een top van 220 km/h laat hij in het Nederlandse verkeer weinig te wensen over. Een vijfversnellingsbak, aandrijving op de achterwielen, schijfremmen rondom en een perfecte gewichtsverdeling dankzij de middenmotor completeren de garanties voor rijplezier.

Dat het eigendom niet zonder uitdagingen is geweest, wordt duidelijk als hij opsomt wat er al aan de Lotus is gedaan of gedaan moest worden: “Natuurlijk heb ik nog een lijstje van dingen die ik wil aanpakken, maar we hebben al veel gerepareerd of zelfs verbeterd. De complete ophanging is vernieuwd met nieuwe veren, schokdempers en rubbers, waarbij ik ervoor gekozen heb alles terug te brengen naar de originele staat waarin de auto nieuw geleverd is.”

Hij vervolgt; “Een vorige eigenaar had de auto ‘droog’, dus zonder olie en vloeistoffen in de motor, van Engeland naar Noorwegen laten vervoeren en bij aankomst is hij waarschijnlijk gestart door iemand die daarvan niet op de hoogte was. Dat heeft de motor beschadigd — ‘opgeblazen’ is een beter woord. Hij is daarna in Noorwegen uit de auto gehaald en naar Engeland gestuurd voor een volledige revisie. Er zijn Kent competitie-nokkenassen gemonteerd, de cilinderkop is gepolijst en er is een race-luchtinlaat gemonteerd. Met het terugplaatsen van de koude-luchtinlaat achter het zijraampje heb ik geprobeerd de auto weer origineler te maken. En met goed resultaat, want de motortemperatuur daalde onmiddellijk en het vermogen nam toe, wat bewijst dat ze bij Lotus wisten waarmee ze bezig waren.”

‘ De Lotus is een fantastische en boeiende auto de manier waarop hij door een bocht gaat is gewoon ongelooflijk ‘

“Ik met veel plezier in Nieuw-Zeeland gereden en een paar mooie ritten gemaakt samen met de mensen van de club. Het is echt de perfecte auto voor de bochtige wegen. Nieuw-Zeeland heeft een hoge dichtheid wat duurdere sportwagens betreft en een van de hoogste aantallen ‘Ferrari’s per capita’. Achteraf is het vreemd dat ik helemaal in Noorwegen terecht ben gekomen voor mijn geliefde Lotus. Vlak voordat ik uit Nieuw-Zeeland vertrok en bij aankomst in Nederland merkte ik dat de motor niet goed liep. De auto heeft me ook een paar keer in de steek gelaten. Ik dacht dat het een elektrisch probleem was en ik heb toen het complete ontstekingssysteem laten vervangen bij Lotus Van der Kooi. Zeven minuten nadat ik hem had opgehaald, viel de auto opnieuw uit. Het team daar is erg goed en gelukkig konden ze het probleem herleiden tot de spie van de inlaatnokkenas die los was gekomen, wat een volledig willekeurige nokkenastiming tot gevolg had — vijf à zes graden afwijking — en dat was de veroorzaak van al mijn problemen. Het was wel het állerlaatste waaraan iemand gedacht zou hebben. Het had grote schade kunnen veroorzaken als we het niet hadden gerepareerd.”

De aerodynamica wordt zeker niet beter met de lichten opgeklapt

Sinds dit probleem is opgelost, rijdt de auto van Jonathan veel prettiger in de stad. ‘De 160 pk die ik tot mijn beschikking heb is echt genoeg voor de minder dan 1200 kg lichte auto. Ik mis geen turbo of de oorspronkelijk geplande achtcilinder. De Lotus is een fantastische en boeiende auto de manier waarop hij door een bocht gaat is gewoon ongelooflijk. Ik heb op de harde manier geleerd dat je nooit abrupt gas moet loslaten in een bocht, je moet vertrouwen hebben in de auto en je voet op het gas houden. Elke keer als je denk dat ik te hard een bocht in bent gegaan, komt de auto er weer netjes uit en weet ik dat ik waarschijnlijk zelfs nog iets harder had kunnen gaan. Goed gedoseerd en precies rijden wordt beloond.”

‘ Het is niet alleen het uitlaatgeluid dat bij vol gas de aandacht trekt in Amersfoort, maar ook het lage uiterlijk valt op ‘

Jonathan start de S3 en laat de motor warmdraaien. Daarna heeft hij geen enkele moeite om stevig gas te geven en de Esprit schiet vooruit, om vervolgens hard te remmen voor de onvermijdelijke verkeerdrempels in de stad. De zitpositie is goed – afhankelijk van je lengte, maar tot 1,85 meter is het geen probleem – en de kuipstoelen bieden goede ondersteuning. Geen airco, dus de ramen gaan snel open. Het is niet alleen het uitlaatgeluid dat bij vol gas de aandacht trekt in Amersfoort, maar ook het lage uiterlijk valt op, de Esprit is slechts 1,11 meter hoog.

De Esprit is geen gezinsauto en hoewel zijn kleine dochter graag meerijdt, denkt hij erover na om misschien met twee auto’s op vakantie te gaan. De Alpen oversteken met de Lotus staat hoog op Jonathan’s lijstje. Het inmiddels 40 jaar oude originele interieur heeft nog wat aandacht nodig – losse naden en kleine beschadigingen moeten hersteld worden – maar vanaf nu draait het vooral om rijden: “Nu ik mijn Nederlandse rijbewijs heb, kunnen er ritten worden gepland. Er hangt een leuke sfeer bij de Nederlandse Lotus Club. Iedereen steekt zijn handen uit de mouwen bij het sleutelen en het draait allemaal om het rijplezier. Ik kan me echt vinden in de slogan van Lotus: ‘For the Drivers’.”

Jonathan is ook positief over de huidige modellen van het merk uit Hethel: “De 2000 pk sterke Evija vind ik erg mooi. Natuurlijk is de race om het hoogste vermogen totale onzin, maar om naar te kijken is het een geslaagde auto. De Emira is ook een prachtige wagen en in tegenstelling tot de oudere en meer Spartaanse modellen van Lotus is die ook heel goed te rijden onder alle omstandigheden. Sportief en snel, maar ook comfortabel in de stad.”

De Esprit die uiteindelijk toch de V8 motor kreeg

De Esprit heeft extra roem verworven door zijn optreden als Bond-auto, eerst in The Spy Who Loved Me waarin hij transformeerde tot onderzeeboot, en later in For Your Eyes Only. Na de S3 is het stokje in 1987 overgenomen door de X180 Esprit, getekend door Peter Stevens – ontwerper van de McLaren F1. In 1993 kwam de S4, van de hand van Julian Thompson. Giorgetto’s scherpe lijnen waren uit en de tijdgeest dicteerde ronde, moderne vormen. In 1996 kwam de oorspronkelijk geplande V8 uiteindelijk in de Esprit terecht, een 3,5-liter met twee turbo’s. In 2004 werd de productie stopgezet.