Met zijn tijdloze charme is deze honderdjarige nog altijd erg verleidelijk

Voor velen blijft het bezit van een vooroorlogse auto een droom omdat het zo’n grote sprong in het onbekende lijkt. De meeste zijn duur, niet alleen om te kopen, maar ook om te onderhouden. Ze vereisen geregeld aandacht van een specialist – en als dat een wereld is waarmee je niet bekend bent, kan dat afschrikwekkend zijn. Dat hoeft echter niet zo te zijn, zoals liefhebbers van de Austin Seven over de hele wereld beamen.

Voor de Eerste Wereldoorlog had Austin naam gemaakt met de productie van grote, luxe auto’s, maar de teruglopende vraag na de oorlog dwong het bedrijf in 1920 tot een faillissement. Herbert Austin besloot een kleine, betaalbare auto te gaan maken om de massa te mobiliseren. Ondanks verzet van de andere directeuren werkte Austin samen met Stanley Edge in de biljartkamer van zijn huis aan een kleinere, eenvoudigere auto die de cyclecars en motor-met-zijspancombinaties van destijds kon vervangen. Austin gebruikte zijn eigen geld om de ontwikkeling te financieren en nam een gok die uiteindelijk zijn vruchten heeft afgeworpen dankzij de patenten die hij op de auto had – wat betekende dat hij Austin royalty’s kon laten betalen voor elke auto die gebouwd werd.

Daar het gewicht laag was – 350 kg –, waren de prestaties meer dan voldoende.

De baby-Austin, die eind 1922 werd gelanceerd, leek op een verkleinde versie van Austin’s eerdere auto’s, met een open carrosserie met vier zitplaatsen. De 696 cm3 viercilinder leverde 7,2 pk en dreef de achterwielen aan via een drieversnellingsbak. Daar het gewicht laag was – 350 kg –, waren de prestaties meer dan voldoende. In maart 1923 werd de motor vergroot naar 747 cm3 en 10,5 pk.
De eerste vierzits hardtopversie verscheen in 1926, gevolgd door een tweezitter in 1929. De meest interessante variant werd in 1930 gelanceerd: de Ulster, vernoemd naar de Noord-Ierse wegrace waarin hij succesvol was. De Ulster was een voorproefje van de potentiële mogelijkheden van de Seven: hij werd niet alleen gevolgd door Austin’s eigen sportieve Nippy en Grasshopper, er ontstonden ook veel zelfgebouwde specials toen de Seven een hausse beleefde op de tweedehandsmarkt tijdens de bezuinigingen na de Tweede Wereldoorlog.

De Seven onderging een ingrijpende herstilering in 1934. Daarna kreeg elke versie een nieuwe naam – van een edelsteen. De Ruby was de vierzits sedan, de Opal de tweezits tourer en de Pearl de cabriolet. In 1937 werd de Big Seven geïntroduceerd, die voor het eerst vier portieren bood.
De kleine Austin heeft op de industrie forse invloed gehad, hij werd over de hele wereld in licentie gebouwd, in Frankrijk, Duitsland, Japan, Australië en zelfs de VS. Hij was een enorm succes, met in totaal meer dan 290.000 exemplaren voordat de productie in het Verenigd Koninkrijk in 1939 stopte.

Weinig auto’s hebben zoveel vreugde kunnen brengen aan meerdere generaties van een gezin als de Austin Seven. Het is een vooroorlogse auto die toegankelijk is door zijn betaalbaarheid, redelijk eenvoudige techniek en de fantastische gemeenschap die rondom hem is ontstaan. Hij is een uitstekend instrument om jongeren voor de vooroorlogse auto te enthousiasmeren.
Matthew Hayward

PRIJZEN
Het is een geliefde auto en de prijs-kwaliteitverhouding is meestal goed. De prijzen zijn vrij stabiel gebleven gedurende de recente pieken en dalen. Standaard sedans in bruikbare staat beginnen bij ongeveer € 10.000, open auto’s beginnen rond € 12.000. De betere Sevens pieken meestal rond € 15.000. Als je iets sportievers wilt, zijn er genoeg replica’s van de Ulster te koop. Reken op € 15.000 voor een bruikbare kopie tot € 40.000 voor een gerestaureerde originele.
Hoewel er nog steeds veel Sevens bestaan, houden eigenaren ze vaak tientallen jaren. Het is de moeite waard om contact te leggen met de clubs, zelfs voordat je er een koopt, want goede auto’s blijven vaak binnen die gemeenschap.

OPLETTEN
De carrosserie is het belangrijkst, dus kijk daar goed naar. Zoals bij de meeste auto’s van toen zijn de buitenpanelen van staal, aluminium en stof, gemonteerd op een houten frame. Niet alleen roest het staal, maar het hout rot ook, dus probeer de conditie daarvan zo goed mogelijk te controleren. Vervangingspanelen voor portieren en voorspatborden zijn gemakkelijk verkrijgbaar.
De motoren zijn robuust, maar zijn aan een revisie toe als ze zwaar roken. Gezonde motoren herken je aan een soepele loop – wees voorzichtig met rammelende geluiden van de krukas. Latere motoren zijn iets gevoeliger voor problemen.
De originele remmen hebben een slechte reputatie, maar de kabelbediende trommels zouden redelijk effectief moeten zijn als ze correct zijn afgesteld. Sommige eigenaren hebben hun Seven geüpgraded met hydraulische remsystemen, wat geen slechte zaak is. Controleer op speling in de fusees en andere delen die geregeld smering behoeven.

DE KOOPGIDS IS EEN VASTE RUBRIEK IN ELK OCTANE MAGAZINE. BESTEL DIT EXEMPLAAR IN ONZE WEBSHOP

Screenshot